Het symbool π is de Griekse letter “pi” en in de wiskunde staat dit voor een speciaal getal dat begint met 3,14. Vandaar dat pi-dag wordt gevierd op 14 maart (Amerikaanse datum 3/14).

Neem een cirkel en deel de omtrek van de cirkel door de diameter van de cirkel en voilà: dat is π. Neem je een andere cirkel en deel je weer de omtrek door de diameter, dan krijg je weer π! Het wordt daarom een constante genoemd.

Probeer zelf maar eens! Meet de diameter van een rond object en meet de omtrek met behulp van een lintje. Deel de omtrek door de diameter en je krijgt als het goed is ongeveer 3,14. Heb je nu π berekend? Nee! Wat is π dan wel precies? Niemand weet het! De constante π heeft namelijk oneindig veel decimalen. Met andere woorden: het aantal cijfers achter de komma houdt nooit op!

Nee, zelfs je rekenmachine weet het niet! Rekenmachines weten een benadering van de constante π tot ongeveer 30 decimalen achter de komma. Dat is gelukkig ruim voldoende voor nauwkeurige berekeningen. De beste benadering door een computer staat nu op 50 biljoen (50000 miljard) deciamelen. Wil je een wereldrecord verbreken? Dan moet je meer dan 70000 decimalen uit je hoofd leren!

Het klinkt misschien gek, maar we kunnen eigenlijk niet meer zonder π. De constante π duikt echt overal op in de wereld om ons heen! Van satellieten tot zelfrijdende auto's en van de economie tot het brouwen van bier. Op deze pagina leggen we een aantal van deze toepassingen uit.